Gewone boomwrat(oude naam: Bloedweizwam)
(Lycogala epidendrum)
Op een stuk korst van een vergane berkestam in de boszoom aan de zuidrand van Spoorzicht, en op de stronk van een gevelde iep.
Het is een van de meest bekende myxo's, deze 'blote billetjes zwam'. Zeer variabel van kleur en vorm, maar nauwelijks te verwarren met iets anders.

Het voortplantings gedrag van myxomyceten wijkt duidelijk af van dat van bekende planten, dieren en paddestoelen:
  • Uit sporen ontstaan op amoebe lijkende diertjes die eerst wat rondkruipen, dan horizontaal of verticaal voortbewegen (plasmodium stadium) waarbij ze meestal een slijmspoor achter zich laten. Ze zijn dan op zoek naar eten (bacteriën, sporen van andere schimmels).
  • Volgevreten verzamelen ze zich. Ze nemen dan een bepaalde vaste vorm aan en planten zich voort door nieuwe sporen te maken. De vaste vorm sterft dan af.

De Gewone boomwrat kent daarom allerlei zichtbare verschijningsvormen:
  • Het plasmodium stadium lijkt op een soort vloeistof of verf druppelspoor (oranje tot vermiljoen, karmijnrood tot karmijnroze).
  • Het vruchtlichaam ('zwam') bestaat uit ongesteelde bolletjes of kussentjes, soms apart, soms vergroeid, met een doorsnee van 3-15 mm. De kleur van de bolletjes varieert met de leeftijd van jong (blote billetjes kleur) tot oud (beige tot donkergrijs).

Het rijpingsproces verloopt veel trager dan bij het Gebundeld netpluimpje:
Waar het netpluimpje binnen enkele uren zich verenigt, verkleurt en versterft, daar trekt de Gewone boomwrat er meer dan een week voor uit. Waarschijnlijk zijn temperatuur en voedsel van invloed op de snelheid waarmee dat gaat.


Waarnemingen: 25 oktober tot 5 november 2000, 2001, 2002
Foto's: sony mavica FD85, kodak dc50.
 
  Gewone boomwrat, 16 Kb Gewone boomwrat, 10 Kb oudere Gewone boomwrat, 16 Kb  

 

poes gijs