Historie PEN-eiland / Diemer Vijfhoek::Beheer


Bos
Een schietwilgenbos vraagt om extensief beheer, weinig paden, geen of zeer extensieve begrazing.
Het bos is zeer gevoelig voor begrazing. Beweiding in een schietwilgenbos kan al snel leiden tot het ontstaan van weilanden in plaats van bos. Dat komt omdat het bos zich van nature verjongt door regeneratie van omgevallen wilgen. Vee eet de jonge loten waardoor het bos geen kans meer krijgt zich te verjongen.
Paden maken in het moerasbos is vragen om moeilijkheden: open ruimtes in het bos leiden al snel tot een wildgroei van ondoordringbare ruigtkruiden, en wilgbegroeiing (wilgen zijn zeer gevoelig voor windworp en vallen vaak om, altijd net op een pad) vereisen zeer breed uitgekapte 'brandgangen'.

Het landschapsarchitecten bureau (Veenenbosch en Bosch, 1999) stelt daarom voor zeer brede gangen uit te kappen en daar als laanbomen essen langs te planten. Maar vermeldt niet dat daartoe veel zand nodig zal zijn voor het dijklichaam waarop de essen zullen moeten worden aangeplant. Och, wat is een beetje zand, zal men denken na de aanleg van de gesaneerde Diemerzeedijk.
 
Rietland
Het rietland kan gebaat zijn bij af en toe gedeeltelijk maaien, maar de broedvogels die er leven kunnen erdoor verstoord worden, dus de tijd van het jaar waarin en de manier waarop gemaaid wordt is relevant.
Tot de komst van stichting Ark werden enkele maanden per jaar schapen geweid op de zuidelijke dijk en het aangrenzende rietland, en liepen er ook wel paarden in het rietland aan de oostkant.
Schapen gebruiken het rietland op een heel andere manier, en met een veel subtieler effect op de vegetatie dan paarden of hooglanders.
Staatsbosbeheer heeft in september 2000 enkele rietpercelen gemaaid. Vergeleken met maaien is zelfs het effect van een hooglander op de vegetatie subtiel te noemen.
 
Staatsbosbeheer (SBB) heeft in najaar 2000 bomen gekapt en riet gemaaid om onderzoek te doen naar de aanleg van een kreek.
Helaas deed zij dat precies op de plaats waar de laatste Baardmannetjes (Panurus biarmicus) van Amsterdam broeden.
Een leek zou dan snel denken: 'Dat geeft toch niet? De broedtijd is over, en alle vogels zijn weg, en volgend jaar als ze terug komen? Pech gehad, dan zoeken ze maar weer een ander plekje op. En anders is het riet misschien wel al weer hersteld.'
Helaas, zo werkt dat niet met het Baardmannetje. Het Baardmannetje is mischien wel de meest karakteristieke vogel van het rietland, omdat het de enige soort rietvogel is die het gehele jaar in dit ene biotoop woont.
Het vogeltje heeft een langdurig broedseizoen van eind maart tot september, waarin het vaak 3-4 broedsels groot brengt van 5-6 eieren per keer.
Het maakt een nestje vlak boven de grond of vlak boven het water in de moerasvegetatie(riet,struisriet,lisdodde) en leeft alleen in oud riet.
Het Baardmannetje leeft 's zomers van insecten en 's winters van rietzaden, en heeft een relatief groot ouder riet bevattend areaal nodig om zich in stand te houden..
Riet maaien? Goed voor de verjonging van de vegetatie, maar wel het einde van deze Baardmannetjes kolonie !

Het riet en het bos hebben zich in 2004 volledig hersteld. Hopelijk is het Baardmannetje ook weer hersteld van de schrik.
 
Hooiland
Het gras- en hooiland is langdurig agrarisch beheerd door de boer van de Zeehoeve: goed voer, maar relatief soortenarm. Daarna hebben er paarden gegraasd, en later hooglanders van stichting Ark. Gras en hooiland is vooral gebaat bij regelmatig begrazen, maaien en hooien in de drogere seizoenen.
In de nieuwe recreatieplannen krijgen deze een andere functie, o.a. als ligweiden.


foto: P. Kerkhof, 1997
de paarden van Van Asten
foto: P. Kerkhof, 1997
de Hooglanders van stichting Ark
foto: Hans van Veluwen, 1999
Verder
Terug
Begin site

 
Historie++Beheer   http://werthof.home.xs4all.nl/peneiland.html