Paardenbijter Glazenmakers [Aeshnidae] Aeshna mixta  

  klik op foto   Paardenbijters leerde ik kennen in Park Spoorzicht in Diemem. Arnout-Jan Rossenaer gaf een excursie voor FLORON en noemde het een typisch libellenlandje. Daarop ging ik er eens goed op letten. Paardenbijters vliegen wat later in het jaar, en vaak in groepen op wat grotere hoogte dan andere geblokte glazenmakers. In Spoorzicht vaak op zo'n 4-5 meter hoogte.

In het Laegieskamp liep ik vroeg in het jaar op tegen een Glassnijderstandem. Volgens recente inventarisatiegegevens waren die er nog niet gezien. Maar op de Paardenbijter moest ik nog wat wachten, tot juli, augustus 2002...
 
 
  Foto's:   Fotopagina  
  klik op kaart karnemelksloot midden karnemelksloot noordwest karnemelksloot noordoost blauw grasland tennisbanen verlengde fortlaan zwembadvallei wei1 wei2 wei3 wei4 zwembadbos west zwembadbos oost eco-sloot fort pannekoek   Naamgeving:
Paardenbijter bijt geen paarden maar scheert op zo korte afstand over mens en dier heen om de muggen en vliegen te vangen dat het net lijkt alsof hij ze bijt.

Verspreiding:
Tuinvijversoort. Zeer algemeen. Komt voor in alle uurhokken van 't Gooi. Parend waargenomen vlakbij de Karnemelksloot

Vliegtijd:
Van 11 juni tot 6 november (top: midden augustus tot midden september).

Biotoop:
Min of meer voedselrijke wateren, tuinvijvers.

Gedrag:
Mannetjes zijn alleen territoraal bij het water en vliegen daartoe van het water naar het land en van het land naar het water op zoek naar vrouwtjes.
De fourageervlucht is ook heel opmerkelijk: een snelle vlucht, hoog boven de grond, langs bosranden en soms boven graslanden. Dat gebeurt vaak met hele groepen Paardenbijters samen, bijvoorbeeld bij de jacht op vliegende mieren.
 
  Paring:   Paren vaak op een tot twee meter hoog in struiken en bomen.  
  Ei-afzet:   Gebeurt op of onder water op allerlei soorten halfverrotte wortels en bladeren., maar ook op drijvende en staande, levende planten. Vrouwjes zetten de eieren af zonder begeleiding van het mannetje, in bij voorkeur dichte beplanting.  
  Ontwikkeling:   Eieren overwinteren. De larven leven in de oeverzone tussen stengels en dood hout. Daar overwinteren zij in koude jaren ook. Alleen onder langdurig warme weersomstandigheden kan de larf uitsluipen binnen het jaar waarin het als ei gelegd is. De larven zijn kannibalistisch. De gemiddelde levenscyclus duurt 1-2 jaar.  
  Uitsluiping:   Gebeurt op 20-40 cm boven het wateroppervlak, op staande water- en oeverplanten (riet, biezen, russen, lisdodde en gele lis).  
  Mobiliteit:   Zwerver in Europees perspectief. De Paardenbijter plant zich bijna overal in Nederland voort. Maar het aantal waarnemingen ervan is gering. Daarom wordt aangenomen dat vooral in de nazomer veel Paardenbijters vanuit Midden-Europa hier arriveren.  

  Te verwarren met:
  • Groene glazenmaker (Aeshna viridis)
    De Groene glazenmaker komt alleen voor in wateren met krabbenscheer. Voor krabbenscheer is klei nodig in de veenbodem. Klei ontbreekt in de omgeving van 't Laegieskamp. Volwassen Groene glazenmakers hebben een geheel groene zijkant van het borststuk. De Paardenbijter is op die plekken bruin met gelige, soms groenige of blauwe banden.
    De grote schoudervlekken van uitgerijpte Groene glazenmakers zijn gelig-groenig en veel groter en geler dan de kleine schouderstreepjes van de Paardenbijter
    .
  • Zuidelijke glazenmaker (Aeshna affinis)
    De Zuidelijke glazenmaker mannetjes hebben blauwe ogen net zoals Paardenbijter-mannetjes, Groene glazenmaker-mannetjes en Blauwe glazenmaker-mannetjes. Maar het blauw van de Zuidelijke glazenmaker is veel donkerder en feller, intenser van kleur.
    De Zuidelijke glazenmaker is alleen als zwerver aangetroffen in Nederland, en alleen in de duinstreek. De kans op verwisseling is dus niet erg groot in het Gooi.
 

  Meer foto's:   http://www.ulstermuseum.org.uk/dragonflyireland
http://perso.wanadoo.fr/ramieres
 

werthof.home.xs4all.nl/libellen.html::
libellen::libellen=>glazenmakers