IVN-Lezing Natuurpark Spoorzicht
deel 2: Ecolint in de Top van de Diemerscheg Diemer Omval, 25 januari 2008 Spreker: Jan Willem Wertwijn |
De top van de Diemerscheg is
het groene (en blauwe) gebied tussen de stadsdelen Watergraafsmeer, Zeeburg
(Flevopark) en de Diem, aan de westkant van het Amsterdam-Rijnkanaal.
De stalen damwanden van dat kanaal vormen een onneembare barrière voor dieren.
Wie erin springt, kan er niet meer uit.
Veel soorten trekken langs spoorwegen, geluidschermen, dubbele bomenrijen en slootkanten. Zo oriënteren trekkende dieren zich in het landschap. |
![]() |
In de scheggenstructuur (dat zijn groene longen tot diep in de stad), is rekening gehouden met natte
verbindingen tussen de toppen van de scheggen. Zo is er een nat ecolint tussen
de achtertuin van het Science Park (faculteit Biologie van de Universiteit van
Amsterdam) en de Amstelscheg (via een watertunnel onder het spoor langs het tuincomplex 'Nieuwe Levenskracht').
En er is een nat ecolint van Flevopark richting Durgerdam.
Het Flevopark is ook bereikbaar voor dieren via de achtertuin van
die faculteit, via de vele wilgenbroekbosjes langs de randen van het terrein.
Via een stobbenwal aan de noordkant van de spoorbrug over de A10 staat dit gebied (kraamkamer van de natte natuur) in verbinding met Natuurpark Spoorzicht. Via een deels vernielde stobbenwal onder de Zeeburgerdijkbrug staat het gebied ook in verbinding met de Omloop. Helaas vormt de Omloop een fuik voor migrerende dieren. Bij de Ouddiemerlaan houdt de bestaande trekroute langs de Omloop naar het Buitengebied op, door tal van obstakels. Spreker perkte het onderwerp daarna in tot het gebied tussen de A10 en de Diem. In de lezing liet de spreker zien wat er nog wel functioneert, en wat niet meer, voor welke diersoorten, waarom (leefgebieden), welke kansen (middelen) er zijn op versterking van de trekroute, welke bedreigingen de toekomst brengt, en hoe er uit dat verlies winst valt te boeken. |
![]() |
![]() |
![]() |
Diemen staat de komende jaren structurele ingrepen te wachten, allemaal in de top van de Diemerscheg.
|
![]() |
Bedreigingen zijn Kansen
Deze bedreigingen bieden kansen om middels compensatieregelingen bestaande trekroutes te versterken en uit te breiden. Dat kan bereikt worden door gebruik te maken van faunagoten, stobbenwallen, veerasters en aanpassing van het openbaar groen (bomen en struiken). Ook het maken van ringslang broedhopen en takkenrillen in die trekroute (een IVN-activiteit) kan daarbij tot steun zijn. Omdat veel diersoorten bij voorkeur trekken langs zonnige routes, moet de zuidkant van de A1 onwrikbaar zijn. Verbreding moet aan de noordkant plaatsvinden. Dubbele bomenrijen (van volwassen bomen, waarvan de kruinen elkaar bijna raken) vormen voor vleermuizen trekroutes. De dubbele bomenrij aan de zuidkant van de A1 moet daarom bij verbreding gespaard blijven, en die aan de noordkant moet na verbreding opnieuw worden aangeplant. Bij op- en afritten van de snelweg moeten faunagoten worden aangebracht, opdat de trekroutes achter de geluidschermen langs de dubbele bomenrijen niet langer doorbroken wordt. |
![]() |
Faunagoten hebben geleidebanen, en vaak wordt de ingang beschermd met veeraster afzetting tegen predatie of verstoring |
Kamers en Gangen
In de lezing zijn 5 kamers met hun gangen benoemd in de trekroute tussen Flevopark en Diem. Die kamers zijn: Spoorzicht(1), weilanden en begraafplaats tussen Landlust en de Diem (2), Ringslangdriehoek (3), Omloop (4), en het gebied tussen de Diemerpolderweg, Amsterdam-Rijnkanaal en Diem (5). |
![]() |
Kamers en Gangen, stapstenen in het regionaal ecolint (minimale aanpak: 2 faunagoten) |
![]() |
Optimale aanpak: 15 faunagoten en 2 stobbenwallen |
In dat gebied wordt onderscheid gemaakt tussen een aantal stadia van verbetering:
|
![]() |
Gemiste kans: onlogische route, omslachtig en onnodig lang |
Noten:
|
![]() |
Startscherm Ecolint Diemerscheg |