Platbuik

Korenbouten [Libellulidae]

Libellula depressa

			De Platbuik leerde ik kennen in Park Spoorzicht in Diemen, samen met de Viervlek in het zelfde jaar. Mijn belangstelling voor libellen ontstond daar. Wat doen die beesten hier, wat hebben ze hier te zoeken? Bij mijn onderzoek in het Laegieskamp was ik een aantal vragen verder verder: hoe kun je zien aan de begroeiing, welke libellen hier thuis horen? Ik verwachtte ze dus al, toen ik rondliep over het terrein. En inderdaad, ze waren er.
	Foto's		Fotopagina
			Verspreiding: Algemeen. Pionier. Is in bijna alle Gooise uurhokken waargenomen. Is vaak te zien in de omgeving van 't Laegieskamp. Vliegtijd: Van 29 april tot 11 september (top: juni). Biotoop: Pioniermilieus van kleine plasjes en poeltjes, leemkuilen en vijvers. Ook in ondiepe heide- en duinplassen. Deze soort duikt vaak als eerste op bij nieuw aangelegde plasjes. Platbuiken verdwijnen als na een paar jaar het water voor meer dan de helft is dichtgegroeid met planten. Deze soort is vaker te zien in agrarisch en stedelijk gebied dan in natuurgebieden. Gedrag (1): Na het uitsluipen trekken jonge platbuiken naar bosranden en houtwallen. Daar jagen ze, rusten ze en worden ze geslachtsrijp. Dat duurt maar enkele dagen. Daarna keren de geslachtsrijpe dieren terug naar de waterkant. Geslachtsrijpe mannetjes vliegen onrustig heen en weer in hun territorium langs de oever.

Gedrag (2): Vaak gaan mannetjes zitten op takjes, riet en andere planten om van daaruit hun territorium te overzien. Ze verjagen agressieve mannetjes van zowel de eigen soort als van andere soorten zoals de Gewone oeverlibel Paring: Het paringsbiotoop beperkt tot wateren met een spaarzame oeverbegroeiing en met weinig waterplanten. Paring duurt zeer kort(enkele seconden), en vindt volledig plaats in de lucht.

	Ei-afzet:		Het vrouwtje zet de eieren af, dippend op de waterspiegel. Het mannetje blijft daarbij in de buurt en jaagt andere mannetjes weg.
	Ontwikkeling:		Eieren komen uit na 2-5 weken. De larven graven zich in in de bodem, en zijn zo tegen opdroging van het biotoop bestand. De larven kunnen een hele dag boven water rondwandelen, bijvoorbeeld om een geschikter biotoop te vinden. De larfstadia duren meestal twee jaar. De groeisnelheid hangt samen met de watertemperatuur.
	Uitsluiping:		Begin mei tot eind juli sluipen de meeste imago's uit. Dat doen ze meestal op plantenstengels in de oeverzone op zo'n 8 decimeter hoogte, maar soms ook op het land tot zo'n 4 meter van de wallekant vandaan.
	Begeleiders:		*Azuurwaterjuffer (Coenagrion puella), *Vuurjuffer (Pyrrhosoma nymphula ), *Viervlek (Libellula quadrimaculata), *Grote keizerlibel (Anax imperator) [Een * staat bij de aangetroffen soorten in en om 't Laegieskamp.]
	Verwisselbaarheid:		Bruine korenbout
	Meer foto's:		http://www.ulstermuseum.org.uk/dragonflyireland http://perso.wanadoo.fr/ramieres/

werthof.home.xs4all.nl/libellen.html:: libellen::libellen=>korenbouten