Bruine glazenmaker Glazenmakers [Aeshnidae] Aeshna grandis  

  Foto: © Bert Moleman
Plek: naast kerk bij Ledberg
Land: vlakbij Linköping, Zweden

Determinatie: Antoine van der Heijden
  Bruine glazenmakers zag ik voor het eerst in Diemen tussen het spoor en de A1. Daar ligt zo'n ouderwetse poldersloot, vrij breed, met een bruggetje erover. Vanaf de brug keek ik uit over de laat, en daar vloog er eentje, met opvallend bruingerookte vleugels.
Dat zoekbeeld klopte voor geen meter met de vindplaats van de Bruine glazenmaker in het Laegieskamp.
De Lunetten van Naarden worden ze wel genoemd, de twee forten vlakbij het brugje over de Karnemelksloot.
En daar, in de zonovergoten en toch beschaduwde fortgracht, trof ik de Bruine aan.
Onfotografeerbaar, want hoog boven het water, en telkens aan de kant van het fort, of hangend aan de takken boven het water. De libellenkijker bewees hier goede diensten op grote afstand.
 
  klik op kaart karnemelksloot midden karnemelksloot noordwest karnemelksloot noordoost blauw grasland tennisbanen verlengde fortlaan zwembadvallei wei1 wei2 wei3 wei4 zwembadbos west zwembadbos oost eco-sloot fort pannekoek   Verspreiding:
Algemeen in Nederland, komt voor in alle uurhokken van 't Gooi. Alleen gebieden met brak water worden echt gemeden.
In 't Laegieskamp gezien vlakbij de forten.

Vliegtijd:
Van 20 mei tot 29 oktober (top in juli en augustus)

Biotoop:
Vooral bij stilstaande tot traagstromende, grotere wateren, zandplassen, kanalen, in bosrijke gebieden en in open polders. De soort heeft een voorkeur voor al wat langer bestaande wateren, voor niet te dichte bebossing, en voor een gevarieerd landschap.

Gedrag (1):
Jachtprooi zijn kleinere insecten, dagvlinders en juffers, Ze vliegen op enkele meters hoogte, vliegen langs bosranden en op open plekken. Er is een geval bekend dat zelfs kleine kikkertjes van de grond plukte. Bruine glazenmakers zijn langdurig actief (van 5.30-22.10). Er zijn er ook die 's nachts op licht afkomen. Midden op de dag zijn ze minder actief dan 's morgens en in de avondschemering.
 
  Gedrag (2):   Geslachtsrijke mannetjes bezetten grote territoria van zo'n 50 meter oever. Ze vliegen vrij hoog boven het water, ook boven land, soms in glijvlucht. Zitten ook vaak in de vegetatie. In de namiddag zonnen ze graag op stammen van bomen.  
  Paring:   Begint bij het water, eindigt meestal in de begroeiing of op de grond. Tandems zijn zelden te zien.  
  Ei-afzet:   Het vrouwtje zet de eieren af in afwezigheid van het mannetje. De eieren worden in kleine aantallen her en der afgezet, in stengels van oever- en waterplanten, halfvergane plantenresten, modderige oevers, vochtig houtmolm, turfwanden en in levend veenmos.  
  Ontwikkeling:   De eieren overwinteren. De larven overwinteren een tot twee winters. Het larfstadium duurt twee tot drie jaar. De larven bewegen vrij sloom, en verstoppen zich op donkere plekken tussen waterplanten en detritus op de bodem. Ze jagen aan de oppervlakte en eten muggen en vliesvleugeligen, muggenlarven, kevertjes en soms zelfs eieren leggende juffers.  
  Uitsluiping:   Van juni tot eind september, top juni-juli, sluipen de libellen uit. De mannetjes van deze soort sluipen 2-3 weken eerder uit dan de vrouwtjes. Als een Bruine glazenmaker later uitsluipt, dan gemiddeld, blijft het imago ook kleiner dan gemiddeld. Uitsluipen gebeurt aan het eind van de nacht tot in de vroege ochtend. Huidjes zijn meestal te vinden op enkele decimeters boven het wateroppervlak op de begroeiing, maar soms ook enkele meters afstand van het water.  
  Mobiliteit:   De soort is een krachtige vlieger, met een trage glijdende vlucht, en in staat over grote afstanden te zwerven. Er zijn aanwijzingen voor groepstrek.  
  Begeleiders:   Het zijn algemene soorten met een voorkeur voor dichtbegroeide oevers en een bosachtige omgeving:
Bloedrode heidelibel (Sympetrum sanguineum),
*Steenrode heidelibel (Sympetrum vulgatum),
*Houtpantserjuffer (Lestes viridis)
Gewone pantserjuffer (Lestes sponsa).
[Een * staat bij de aangetroffen soorten in 't Laegieskamp.]
 

  De bruine glazenmaker is te verwarren met:
  • Vroege glazenmaker (Aeshna isosceles)
    Vroege glazenmaker mannetjes en vrouwtjes hebben groene ogen, en ze vliegen vroeg in het jaar.
    Bruine glazenmakers hebben bruine ogen (het mannetje met een blauwe vlek in het oog) en ze vliegen in de zomer.
    Vroege glazenmakers hebben op segment 2 van het achterlijf een gele vlek, en Bruine glazenmaker mannetjes een blauwe vlek.
    De vleugels van de Bruine glazenmaker zijn bruin berookt, de vleugels van de Vroege glazenmaker hebben soms wel een bruinkleuring, maar dan minder intens van kleur, meestal echter zijn ze transparant.
 

  Meer foto's:   http://www.ulstermuseum.org.uk/dragonflyireland
http://perso.wanadoo.fr/ramieres
 

werthof.home.xs4all.nl/libellen.html::
libellen::libellen=>glazenmakers