Steenrode heidelibel | Korenbouten [Libellulidae] | Sympetrum vulgatum |
De eerste geslaagde foto van een Steenrode heidelibel maakte ik op 5 augustus 2001 in de Zwembadvallei
in het Zuidelijk kilometerhok van het Laegieskamp. De tweede (foto links) op het spoor van de Ijzeren Rijn in het Meinweggebied.
Natuurlijk komt deze libel ook voor in Diemen in Park Spoorzicht. in het Diemerbos, en in Recreatiegebied Overdiemen. In het Laegieskamp kwam ik de soort alleen tegen in 2002 in het zuidelijk kilometerhok, maar op een andere plek waar tandems bezig waren eitjes af te zetten. |
||||
Foto's: | Fotopagina | |||
Verspreiding:
Zeer algemeen. Is waargenomen in bijna alle Gooise uurhokken. Aangetroffen in het Laegieskamp in 2002. Vliegtijd: Van juli tot begin november, grootste aantallen juli tot september. Biotoop: Stilstaande, meestal ondiepe wateren. Minder talrijk in voedselarme wateren. Het is een snelle kolonisator van nieuw ontstane vijvers en meertjes. Water met een vlakkere oever of verlandingszone doet het beter dan water met steile oevers of beboste oevers, want veel zon en veel oevervegetatie is nodig voor de territoriale mannetjes. Gedrag: Zwerven over grote afstanden. Vaak aan te treffen in graslanden en wegbermen. |
||||
Ei-afzet: | Paring begint in de oeverbegroeiing boven het water. De ei-afzet begint in tandem. Het vrouwtje zet eerste eieren af op wateroppervlak of in modder, vastgehouden door het mannetje. Daarna ontkoppelt het mannetje en blijft het vrouwtje bewaken terwijl die in haar eentje de overige eieren afzet. | |||
Ontwikkeling: |
Tandems zetten eieren meestal af op plekken waar ook andere tandems eieren afzetten.
Bij dichtere oeverbegroeiing vindt niet zo'n groepsvorming plaats.
De eitjes worden afgezet in ondiep water, op plekken met modder, veenmos of algenflab, en op plekken waar ondergedoken waterplanten de waterspiegel raken. In het begin blijven de eieren drijven, maar na verloop van tijd worden ze kleverig en blijven dan plakken aan planten. De levenscyclus duurt een jaar. De eieren komen in het voorjaar uit. De larven leven op de bodem in modder, op stenige bodem of tussen waterplanten. |
|||
Uitsluiping: | Uitsluiping begint eind juni en kan doorgaan tot eind september (piek: eind juli, begin augustus). Imago's sluipen uit op planten in of langs het water op enkele decimeters hoogte. Rond een uur of twaalf zijn ze dan voldoende uitgehard om weg te vliegen. Er zijn vondsten bekend van huidjes in bomen op twee tot vier meter hoogte. | |||
Mobiliteit: | Talrijk aanwezig in de wijde omtrek, maar minder zwerflustig dan meeste andere heidelibellen. Die aanwezigheid beperkt zich in Nederland tot de zandgronden, veengronden, duinen en waddeneilanden. | |||
Begeleiders: |
De Steenrode heidelibel komt het meest voor samen met: Gewone pantserjuffer (Lestes sponsa), *Houtpantserjuffer (Lestes viridis), *Bruine glazenmaker (Aeshna grandis), *Paardenbijter (Aeshna mixta), Zwarte heidelibel (Sympetrum danae), en Bloedrode heidelibel (Sympetrum sanguineum) [Een * staat bij de aangetroffen soorten in en om 't Laegieskamp.] |
Verwisselbaarheid:
De Steenrode heidelibel heeft een zwarte, langs het oog omlaag lopende, oogstreep, en heeft een licht knotsvormig achterlijf. |
Foto gemaakt in Hilversum t.o. de ingang van Cronebos en Smithuyzer bos |
Meer foto's:
http://perso.wanadoo.fr/ramieres |
werthof.home.xs4all.nl/libellen.html:: libellen::libellen=>korenbouten |