Eierzakje - Nidularia deformis

Foto: Spanderswoud, 11 september 2010

Eierzakje
( Nidularia deformis )
Synoniem: ( Nidularia farcta. )
NMV Ga 223010

Eierzakjes zijn nog niet gevonden in park Spoorzicht. Ze zijn erg klein, en je oog moet erop vallen.

Kenmerken:
Bol- tot eivormig, 2-10 mm doorsnee. buitenkant is glad-viltig. De kleur variabel. Als het geheel openscheurt, dan komen de eitjes (peridiolen) zichtbaar. Die liggen droog bij elkaar in het zakje. Het is net als een zakje met linzen, maar dan 0,5 tot 1,5 mm groot. De eitjes bevatten de sporen.

Biotoop:
Vochtige plekken, op takken van loofhout en naaldhout, ook op dennennaalden.

Houtsoorten:
Onbekend loofhout, naaldhout.

Verwisselbaarheid:

  • Bleke dwergnestzwam (Mycocalia denudata), NMV Ga 221010.
  • Donkere dwergnestzwam (Mycocalia duriaeana), NMV Ga 221020.

Dwergnestzwammen hebben geen viltige tot poederige buitenkant (hyfen van een Mycocalia buitenwand hebben geen uitsteeksels, hyfen van een Nidularia buitenwand wel).

Buitenwand: De buitenwand van een Eierzakje scheurt bij rijping. De buitenwand van een Dwergnestzwam verdwijnt bij rijping.
Gelei: De eitjes in een Eierzakje liggen in een droge 'gelei'. De 'eitjes' van een Dwergnestzwam liggen in een slijmerige 'gelei'.


Bronnen:
Vermeulen, p. 536; G.J. Keizer, p. 143.
Onder Synoniem Nidularia farcta: Phillips, p. 255; Breitenbach II, p. 496-497.


Top