Laatste update: 22 oktober 2017.

Natuurpark
Spoorzicht
Diemen

kilometerhok:  kilometerhok [126,484] bevat:
Excursie agenda 2017


 
Oudere pagina's, zie:
Spoorzicht 2013-2014
Spoorzicht 2015
Spoorzicht 2016

Spoorzicht 2017 (deze pagina)

Spoorzicht 2018
Spoorzicht 2019
Spoorzicht 2020
Spoorzicht 2021
Spoorzicht 2022
Spoorzicht 2023
 



Natuurpark Spoorzicht ligt in het centrum van Diemen, ingeklemd tussen spoorwegen en autoweg A1, Het gebied maakt deel uit van de Diemer Scheg. Dat is een trekroute van wilde dieren tussen de Diem en de Watergraafsmeer.
Dieren gebruiken het park in die trekroute om uit te rusten, te eten, te schuilen, en jonkies te krijgen.

  De website Natuurpark Spoorzicht en de Werkgroep Spoorzicht Diemer Platform Spoorzicht Groen (de Werkgroep Spoorzicht) bestaat op 30 april 2017 18 jaar. Al die jaren verzorgde de werkgroep het park, de website over en de excursies in het park, zonder een cent subsidie.
In die jaren is veel veranderd, in doelen en in werkwijze, maar niet in geld.
Excursiegangers geven vrijwillig een gift voor de onderhoudspot, of niet. En van de inhoud van het collectezakje wordt het onderhoud gedaan.

De Werkgroep Spoorzicht is sinds oktober 2015 toegetreden tot de Werkgroep Stadsnatuurbeheer van vereniging KNNV-Amsterdam, en beoogt werkzaamheden te verrichten naar de richtlijnen van Landschap Beheer Noord-Holland.
Stadsnatuur is de min of meer spontane vestiging van wilde planten en dieren. Beheer maakt ruimte voor de mens met behoud en versterking van de leefgebieden van plant en dier.
 
 
 
Nieuws over Natuurpark Spoorzicht uit 2016 vind je hier.
 





okt 2017
juli 2017
juni 2017
mei 2017
april 2017
maart 2017
winter 2016-2017

essentaksterfte


  In oktober, als de blaadjes van de bomen vallen, de vijvers vol lopen, boomstammen en paden glibberig worden, en de paddenstoelen staan te stralen, dan is het tijd om de laatste paden op te hogen, voor het niet meer kan.  


Bladworp in herfst (2017)


Vol lopende vijvers (2017)


Judasoor zwelt op (2017)


Zalmzwam op glibberige stam (2017)


Peksteel loopt op z'n eind (2017)


De laatste kansen om paden met zand op te hogen (2017)


Want als aanvoerpaden te nat zijn,
maak je meer stuk dan je lief is.
  Er passeert iemand met laarzen aan: "Padophoging? Dat doe je niet voor mij!".
Nee, dat klopt, paden hogen we niet op voor maar juist tegen mensen met laarzen aan.

Mensen met laarzen lopen altijd door, ook als paden te nat en/of te laag liggen. Daardoor trappen ze paden stuk. Het zijn de anderen, zonder laarzen, die dan in de berm gaan lopen om hun voetstappen te ontwijken.
Na drie maanden is zo'n pad 10 meter breed, totaal ontoegankelijk en bijna onherstelbaar in de komende lente. En die lente komt er altijd weer aan.

Veel paden in Natuurpark Spoorzicht lopen op kleine dijkjes, van hooguit 10 cm hoog. Die dijkjes bestaan uit vele laagjes zand die per laag doorworteld zijn geraakt. Zo zijn ze gemaakt: elk jaar een laagje erbij, vast laten groeien, en dan kijken of er nog een laagje bij moet.

Als mensen in het natte seizoen teveel op de padberm lopen, dan vertrappen ze de structuur van het dijkje, en ondermijnen daarmee het pad. En dat proberen we te voorkomen door een pad zover op te hogen dat er geen modder kan ontstaan.
Er zijn 3 beperkingen: voldoende ophoogmateriaal, voldoende vrijwilligers, en voldoende randen (dijkvoeten) op het juiste tijdstip. Het materiaal komt vaak als vrijwilligers geen tijd hebben, en als er geen dijkvoeten zijn, zijn stammen nodig.

Met die stammen als padrand gaan grotere honden graag aan de haal, en hun bazen begrijpen het probleem niet van een stammetje meer of minder:
"Wat maakt dat nou uit! Je doet het niet voor mij!"

Het is vergelijkbaar met honden laten graven in een net opgehoogd pad:
"Wat maak jij je druk, zeg, mijn hond mag hier los lopen, dus ook graven."
"Ehh, die kuil in dit pad, over 5 jaar staat dit pad pas weer op de rol ..."
"Nou en, daar zit ik toch niet mee?"
De wereld draait door, een enkeling ook ...
 


  De maand juli (2017) staat het maaien van de westpunt op de rol. Meestal gebeurt dat in augustus. Dan groeien de paden er helemaal dicht met braamranken. En dan moet er echt wat gebeuren om erlangs te kunnen.  


Zuidkant westpunt snoeischaar werk (2017)


Noordkant westpunt gezeist (2017)
  Een paar stukjes moeten nog.
Bij de vijver gaan we Ruwe berk vrij zetten van braam.
Langs het hoopje kroonhout (bezoek gasbedrijf 2015) kan nog een metertje brandnetel weg, richting lichtmast.
Achter het bankje gaan we de houtril opdikken (wat een jargon), met nog te knippen takken tussen houtril en sloot.
 


Het bankje was een tijdlang onzichtbaar,
totaal overwoekerd (2017)


Westpunt snel stukje motorzeisen (2017) ...
Na stortbui hangen alle stengels een meter voorover
Daarom moeten bermen zo breed zijn.




Hooiberg (2017), kruiwagen op z'n kant en vullen maar.
Ander kruiwagen type, net zo snel.


Juni 2017: maai- en hooitijd
Vroeger legden we hooi op hooibergjes, nu op rillen.
Dat heeft te maken met de manier van werken.
Rillen rol je op, een hooiberg past nooit
in een keer in de kruiwagen.


Bramen pad noordkant gemaaid (2017).
Effect snoeischaar links, zeis rechts.



Mei (2017): paden bezanden
  De maand mei staat in het teken van speerpunt zuid. Het pad langs de zuidkant van het terrein is (wordt) opgehoogd met zand. Bijna 3/4 van het zand bij ingang I verdween al op dit pad. De rest moet nog.  
Kruien, kruien, kruien
De Diemer duinen liggen in Spoorzicht.
  Hekken verplaatsten bij de ingangen van Natuurpark Spoorzicht, dat gebeurt in mei 2017. Automobilisten dachten ten onrechte dat ze op het dammetje konden parkeren voor de uitrit, en zakten de blubber in.
Gevolg: mensen die snippers en zand wilden leveren, zakten weg in de gaten van de wildparkeerders.

Voordeel? Voor wandelaars is het voortaan veilig om door het hek te gaan.
 


  april (2017)
In april bloeit er al van alles. Speenkruid, bosanemoon, goudveil. Daslook schiet in de knop, en bloeit hier en daar al. Iepen zijn al uit gebloeid en beginnen iependubbeltjes te maken (zaad van de iep).
In april arriveert de vogelkersstippelmot, en omdat de zomereik wel knoppen maakt maar nog geen blad, zie je in april de ramshoorngallen nog goed zitten (gallen dus van vorig jaar).
Wie denkt dat pinksterbloemen vanaf pinksteren bloeien, heeft het helemaal mis. Ze bloeien al in april. Een ander misverstand is dat ze in de wei thuishoren. Ook mis. Een weiland waarin pinksterbloemen bloeien, heeft de potentie om een elzenbroekbos te worden, als er niet gemaaid en niet begraasd wordt.
In april begint meestal de excursietijd in Natuurpark Spoorzicht, dit jaar met een excursie Eten uit de Natuur op 23 april, met het iependubbeltje in de hoofdrol.
En ja, voor elke excursie worden de paden gecontroleerd. Dus ook nu. Er is zand nodig, dus is besteld, en dat kwam ook, op 20 april.
Net te vroeg, of net te laat. Dat is maar net hoe je het bekijkt. De paden zijn nu goed beloopbaar, maar in maart nog niet. Dat moet anders.
In 2018 willen we op minder houtsnipperpaden, en meer zandpaden. Dat maakt het terrein onderhoudsarmer, en leidt op termijn tot minder werk.
 


  maart (2017)
Het werd laat nat, deze winter, maar toen het eenmaal nat was, erg nat.
Dus is het middenpad opgehoogd met snippers, om zand te kruien naar nog nattere plekken.

Het kinderpaadje langs de Hügel kreeg een verse laag houtsnippers. Dat was nodig om de modderpoel te ontwijken. Dit stuk totaal verbaggerd snipperpad aan de zuidkant is eind maart opgevuld met zand, zie de 4e foto.
 


  Licht in de duisternis
In 2015 zijn open plekken gemaakt in het bos. Winter 2016 gingen we daar gewoon mee verder.
Het idee is helder: als je een lichtbaan maakt, dan maak je daarmee twee nieuwe bosranden. En in die bosranden leven de meeste dieren. Meer zonplekken en lichtbanen in het bos is beter voor insecten, kikkers, padden, salamanders en ringslangen. Als je door de bomen het bos niet meer kunt zien, dan staan er teveel, en moeten er dus een paar bomen gaan liggen, of hangen.
Op de grens van zon (licht, warmte, eten) en schaduw (donker, koelte, schuilen) voelen koudbloedige dieren zich het best op hun gemak, leven de meeste spinnen en insecten, groeien de meeste soorten planten. Kortom, meer bosranden maken, vergroot het leefgebied.
 



Essentakken sterven af, een ziekte
Het speelt al jaren. Taksterfte in grote bomen (en in kleintjes).
Grote essen hebben zware takken in het kroonhout. Als grote takken afsterven, kunnen ze akelig hard neer komen. Zolang dat niet op het pad is, of op het spoor of op een geparkeerde auto? Prima, lekker laten hangen.
Maar anders? Kappen, knotten of stobben, dat is de vraag. En wanneer, hoe en door wie?

Natuurpark Spoorzicht heeft ze, die zieke takken, al sinds 2008 (het jaar na de grote baggerklus).

Dan heeft de rest van de natuur in Diemen dat ook?
Niet met zekerheid. Laanbomen hebben minder last dan bomen in natuurbos. En zware ingrepen, zoals baggeren, versterken de kans op het toeslaan van de ziekte.

Meer info:
essentaksterfte dossier
praktijkadvies essenziekte
poes gijs
Startpagina